De delictsomschrijving
Artikel 107 van de Wegenverkeerswet 1994 luidt als volgt:
“1. Aan de bestuurder van een motorrijtuig op de weg dient door de daartoe bevoegde autoriteit een rijbewijs te zijn afgegeven voor het besturen van motorrijtuigen van de categorie waartoe dat motorrijtuig behoort.
- Het rijbewijs dient:
- te voldoen aan de bij ministeriële regeling vastgestelde eisen inzake inrichting, uitvoering en invulling,
- zijn geldigheid niet te hebben verloren, en
- behoorlijk leesbaar te zijn.
- Indien de aanvrager als ingezetene is ingeschreven in de basisregistratie personen, wordt het in de basisregistratie opgenomen burgerservicenummer, bedoeld in artikel 1, onder b, van de Wet algemene bepalingen burgerservicenummer, op de bij ministeriële regeling vastgestelde wijze op het rijbewijs vermeld. Indien de aanvrager niet als ingezetene is ingeschreven in de basisregistratie personen, wordt op het rijbewijs een bij ministeriële regeling vastgestelde aanduiding vermeld.”
Kort en zakelijk weergegeven gaat de strafbepaling die uit dit artikel voortvloeit dus om het rijden zonder rijbewijs, dus het rijden terwijl nooit een rijbewijs is afgegeven aan de bestuurder. De meest recente versie van het artikel is op 6 januari 2014 in werking getreden.
Een toelichting
Overtreding van (met name) artikel 107 lid 1 WVW komt veelvuldig voor en daarom is het een belangrijk artikel in de Wegenverkeerswet. Het artikel legt de verplichting een rijbewijs te bezitten alvorens op een motorrijtuig te mogen rijden vast in de wet. Het artikel richt zich tot degene die een motorrijtuig bestuurt terwijl aan hem geen rijbewijs is afgegeven. De strafbepaling strekt tot het handhaven van de rijbewijsplicht en daarmee indirect tot het beschermen van de verkeersveiligheid door het ondersteunen van het gezag van een rechterlijk vonnis en/of een administratieve beslissing.
Verschil met artikel 9 WVW
Artikel 107 WVW ziet op het in het geheel niet beschikken over een geldig Nederlands rijbewijs, daar waar artikel 9 WVW ziet op de omstandigheid dat iemand wel een rijbewijs heeft, maar hiervan (tijdelijk) geen gebruik mag maken vanwege bijvoorbeeld een ongeldigverklaring of invordering van het rijbewijs.
Rijbewijs
Onder rijbewijs in de zin van artikel 107 WVW moet worden verstaan een Nederlands rijbewijs.[1]
Bestuurder
Voor overtreding van artikel 107 WVW is van belang dat de verdachte als bestuurder kan worden aangemerkt. Als bestuurder kan worden aangemerkt degene die de bedieningsorganen van een motorrijtuig hanteert en door middel daarvan de voortbeweging van het motorrijtuig beïnvloedt.[2] De rijbewijsverplichting geldt krachtens dit artikel voor de bestuurder van een motorrijtuig op de wet. Niet slechts het daadwerkelijk rijden valt hier dus onder, maar ook het aanstalten maken te rijden en het stilstaan in het verkeer valt hieronder.
Uitsluiting strafbaarheid
In voorkomende gevallen lijdt de rijbewijsplicht uitzondering. De uitzonderingen zijn voor het grootste deel te vinden in artikel 108 WVW. Wanneer de verdachte aannemelijk kan maken dat van één van deze kwalificatieuitsluitingsgronden sprake is, voorkomt hij daarmee strafbaarheid.
De afdoening
Een overtreding van artikel 107 WVW kan worden afgedaan middels een strafbeschikking. Deze strafbeschikking kan op een OM-zitting aan de verdachte worden opgelegd, maar kan ook rechtstreeks (als geldboete) per post aan de verdachte worden toegezonden. Hiervan zal in de praktijk door het OM bij de eerste keer wel gebruik van worden gemaakt. Bij recidive wordt de verdachte doorgaans gedagvaard om bij de kantonrechter te verschijnen, nu volgens de richtlijnen bij recidive (voorwaardelijke) hechtenis kan worden opgelegd. Verder kan een overtreding van artikel 107 WVW afgedaan worden middels een zogenaamde OM-transactie.
Strafbedreiging
Overtreding van artikel 107 WVW kan worden gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden en/of een geldboete van de tweede categorie, zo blijkt uit artikel 177 lid 1 WVW.
Gemiddeld opgelegde straffen
Volgens de Richtlijn voor strafvordering feitgecodeerde misdrijven en overtredingen 2016 van het Openbaar Ministerie wordt rijden zonder rijbewijs als volgt bestraft:
- 1e overtreding: geldboete
- 2e overtreding: geldboete + 1 week voorwaardelijke hechtenis met een proeftijd van 1 jaar
- 3e overtreding: 2 weken onvoorwaardelijke hechtenis
- 4e overtreding: 3 weken onvoorwaardelijke hechtenis
- 5e overtreding: 4 weken onvoorwaardelijke hechtenis
De kans dat er een onvoorwaardelijke hechtenis wordt opgelegd is bij recidive dus levensgroot. Een gespecialiseerde advocaat kan u helpen dit te voorkomen.
Een advocaat
Juist omdat (herhaalde) overtreding van artikel 107 WVW zo zwaar wordt bestraft, is het van groot belang dat u zich laat bijstaan door een gespecialiseerde advocaat. Vaak lukt het een gespecialiseerde advocaat wel om de onvoorwaardelijke hechtenis om te zetten in een voorwaardelijke hechtenis en/of werkstraf, zodat u niet vast komt te zitten. U kunt ons altijd benaderen voor gespecialiseerde juridische bijstand!
Strafrechtadvocaat nodig?
Juist omdat rijden zonder rijbewijs (art. 107 WVW) zo complex is en steeds aan de hand van de omstandigheden van het geval moet worden bepaald of sprake is van overtreding hiervan, is het van groot belang dat u zich laat bijstaan door een gespecialiseerde strafrechtadvocaat. Zeker gelet op de belangen die op het spel staan is het verstandig dat u zich vooraf goed laat informeren. Het is van belang om vooraf te weten wat u kunt verwachten en welke verweren namens u gevoerd kunnen worden. U kunt ons altijd benaderen voor gespecialiseerd juridisch advies.
Deskundige strafrechtadvocaat
Strafrechtzaken.nl is een initiatief van een netwerk van strafrechtadvocaten door heel Nederland. Uw zaak zal zo spoedig mogelijk na ontvangst van uw aanmelding worden doorverwezen naar een gespecialiseerde strafrechtadvocaat, welke zo spoedig mogelijk contact met u zal opnemen. U bent met strafrechtzaken.nl verzekerd van deskundige rechtsbijstand op het gebied van het verkeersstrafrecht. De strafrechtadvocaten die bij het netwerk zijn aangesloten hebben kennis en ervaring met rijden zonder rijbewijs (art. 107 WVW). U ontvangt een eerlijk en deskundig advies. Samen met u zal de beste verdedigingsstrategie worden bepaald.
Voordelige strafrechtadvocaat
Advocaat van onvermogen / pro deo-advocaat (toevoeging)
Alle strafrechtadvocaten in ons netwerk zijn bereid u bij te staan op basis van een toevoeging. Dit houdt in dat sprake is van gesubsidieerde rechtsbijstand. Aan de hand van uw inkomen in het peiljaar (twee jaar geleden) wordt door de Raad voor Rechtsbijstand getoetst of u in aanmerking komt voor een toevoeging. Indien u in aanmerking komt voor een toevoeging betaalt u enkel een eenmalige eigen bijdrage aan de advocaatkosten. In veel gevallen bedraagt deze slechts €143,00 voor de gehele zaak! Lees hier meer over bijstand van een gespecialiseerde strafrechtadvocaat op basis van een toevoeging.
Helaas is het in sommige gevallen niet mogelijk om een toevoeging te krijgen. Dit zou kunnen betekenen dat u de kosten van rechtsbijstand zelf moet betalen. Bij strafrechtzaken.nl hanteren wij een voordeeltarief waar u bij alle aangesloten strafrechtadvocaten gebruik van kunt maken. Het betreft een extra voordelig honorarium speciaal voor bezoekers van strafrechtzaken.nl van €125,00 exclusief BTW. Dit voordeeltarief is uitsluitend geldig na doorverwijzing via strafrechtzaken.nl en is niet geldig in combinatie met andere prijsafspraken. Het is altijd verstandig om de zaak met een strafrechtadvocaat te bespreken. Indien de strafzaak wordt geseponeerd, u wordt vrijgesproken of ontslagen van alle rechtsvervolging, kunnen alle kosten van rechtsbijstand door de Staat worden vergoed. Uw strafrechtadvocaat kan u hierin adviseren en namens u een verzoekschrift indienen. Meer informatie hierover kunt u lezen op schadevergoeding strafzaak.
1 Hoge Raad 19 januari 1993, NJ 1993/532.
2 Gerechtshof Leeuwarden 25 januari 2011, VR 2012/5.