De delictsomschrijving
Artikel 3 van de Opiumwet luidt als volgt:
“Het is verboden een middel als bedoeld in de bij deze wet behorende lijst II dan wel aangewezen krachtens artikel 3a, vijfde lid:
A. binnen of buiten het grondgebied van Nederland te brengen;
B. te telen, te bereiden, te bewerken, te verwerken, te verkopen, af te leveren, te verstrekken of te vervoeren;
C. aanwezig te hebben;
D. te vervaardigen.”
Kort en zakelijk weergegeven gaat het dus om allerlei vormen van het verbod op softdrugs. De meest recente versie van het artikel is op 17 maart 2003 in werking getreden.
Een toelichting
Overtreding van artikel 3 Opiumwet komt veelvuldig voor, met name wanneer dit ziet op het verbod op hennep. Artikel 3 Opiumwet staat niet op zichzelf, maar moet in combinatie met artikel 11 Opiumwet worden bezien, alsmede in combinatie met lijst II, behorende bij de Opiumwet. Overtreding van artikel 3 Opiumwet kan zowel een overtreding als een misdrijf opleveren, maar daarover later in dit stuk meer. Artikel 3 Opiumwet valt uiteen in meerdere verschillende verboden, namelijk het verbod op:
– het im- of exporteren van softdrugs;
– het telen/bereiden/bewerken, vervoeren of leveren van softdrugs;
– het aanwezig hebben van softdrugs;
– het vervaardigen van softdrugs.
Het artikel richt zich tot degene die zich op enigerlei wijze bezighoudt met softdrugs. Het artikel beschermt de maatschappij door te voorkomen dat softdrugs in omloop raken, waardoor ook de maatschappelijke gezondheid en veiligheid kan worden aangetast.
Hoeveel planten mag je hebben?
In de praktijk krijgen wij van cliënten vaak de vraag hoeveel hennepplanten zij mogen bezitten zonder strafbaar te zijn. Het antwoord daarop is: 0. Hennep is een verboden middel, dus mag men ook geen hennepplanten bezitten. Echter, in de praktijk wordt teelt met niet meer dan vijf hennepplanten niet vervolgd. Er volgt dan een politiesepot, mits de verdachte tijdig afstand doet van de planten. Let wel: het aanwezig hebben van hennep kan wel problemen veroorzaken m.b.t. de (huurovereenkomst van een) woning.
Hoeveel hennep mag je hebben?
In de praktijk krijgen wij van cliënten vaak de vraag hoeveel gram hennep zij mogen bezitten zonder strafbaar te zijn. Het antwoord daarop is: 0 gram. Hennep is een verboden middel, dus mag men ook geen hennep bezitten. Echter, in de praktijk wordt het bezit van niet meer dan vijf gram hennep niet vervolgd. Er volgt dan een politiesepot, mits de verdachte tijdig afstand doet van de hennep.
Welke middelen vallen onder dit artikel?
Niet alleen hennep en hasj vallen onder de reikwijdte van artikel 3 Opiumwet. Veel andere middelen vallen ook onder dit artikel. Denk hierbij aan paddo’s. Alle stoffen zijn te vinden in lijst II, behorende bij de Opiumwet.
Hennep
Van hennep is sprake bij natuurlijke hennep. De hoogte van het THC-gehalte is niet relevant. Er mogen geen andere substanties aan de hennep zijn toegevoegd, want anders is geen sprake van hennep als bedoeld in lijst II. Hennepolie, bijvoorbeeld, valt onder lijst I van de Opiumwet. Onder hennep worden bovendien niet slechts de toppen begrepen, maar de gehele plant, ongeacht of deze werkzame delen bevat. Hennepstekken vallen dus ook onder het begrip hennep, want deze kunnen uitgroeien tot een nieuwe plant. Bovendien is dit een deel van de hennepplant en is niet relevant of de plant werkzame bestanddelen bevat.
Paddo’s
Onder paddo’s moeten worden verstaan paddenstoelen die van nature pilocine of psilocybine bevatten. Ook moeten hieronder worden verstaan paddenstoelen die van nature muscimol en iboteenzuur bevatten. Zowel bewerkte als onbewerkte paddo’s vallen onder de reikwijdte van artikel 3 Opiumwet.
Binnen/buiten het grondgebied van Nederland brengen
Wat de wetgever heeft bedoeld met het binnen of buiten het grondgebied van Nederland brengen van softdrugs wordt nader verduidelijkt in artikel 1 lid 4 en 5 Opiumwet, namelijk:
“Onder binnen het grondgebied van Nederland brengen van middelen, bedoeld in de artikelen 2 en 3, is begrepen: het binnen het grondgebied van Nederland brengen van de voorwerpen of goederen, waarin die middelen verpakt of geborgen zijn en elke op het verder vervoer, de opslag, de aflevering, ontvangst of overdracht gerichte handeling, met betrekking tot die middelen, die binnen het grondgebied van Nederland zijn gebracht, of tot de voorwerpen of goederen, waarin die middelen verpakt of geborgen zijn. (art. 1 lid 4 Opiumwet)”
En:
“Onder buiten het grondgebied van Nederland brengen van middelen, bedoeld in de artikelen 2 en 3, is begrepen: het buiten het grondgebied van Nederland brengen van de voorwerpen of goederen, waarin die middelen verpakt of geborgen zijn en het met bestemming naar het buitenland vervoeren, ten vervoer aannemen of ten vervoer aanbieden, het ten uitvoer dan wel ten wederuitvoer aangeven, daaronder begrepen het doen van een summiere aangifte bij uitgaan of het in kennis stellen van de wederuitvoer, in de zin van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PbEU 2013, L 269) of het in, op of aan een naar het buitenland bestemd vaar-, voer- of luchtvaartuig aanwezig hebben van die middelen, of van die voorwerpen of goederen. (art. 1 lid 5 Opiumwet)”
In de praktijk wordt het binnen of buiten het grondgebied van Nederland brengen van softdrugs ruim geïnterpreteerd. Zo is ook sprake van het binnen het grondgebied van Nederland brengen indien de verdachte de drugs tijdelijk opslaat in Nederland, terwijl hij weet dat het kort daarvoor door een ander is ingevoerd. Ook betrokkenheid bij het daadwerkelijk invoeren van de goederen is volgens de rechtspraak niet vereist. Bovendien ziet het binnen of buiten het grondgebied brengen van de softdrugs niet alleen op de handelingen die zijn verricht nadat de goederen feitelijk binnen Nederland zijn gebracht. Ook doorvoer binnen Nederland kan onder omstandigheden hieronder vallen, bijvoorbeeld in het geval de verdachte een persoon benadert met de vraag de softdrugs vanuit een container door te voeren naar elders in Nederland. Daarnaast kan sprake zijn van invoeren wanneer de verdachte klaar staat om een lading drugs te onderscheppen en de drugs dus niet zelf binnen Nederland brengt. Gelet hierop, wordt dit begrip erg ruim uitgelegd.
Telen
Het begrip ‘telen’ wordt in de praktijk erg ruim geïnterpreteerd. Het gehele proces vanaf het laten groeien van hennepplanten tot aan het verkopen/afleveren van het product valt onder het begrip ‘telen’. Echter, zo lang er geen daadwerkelijke teelt is, dus bijvoorbeeld wanneer er slechts een ruimte is ingericht voor de hennepteelt, maar geen planten aanwezig zijn, is geen sprake van (een poging tot) teelt.
Bereiden/verwerken/bewerken
Deze drie begrippen sluiten op elkaar aan en hebben een nauwelijks verschillende betekenis. Van bereiden en verwerken is sprake wanneer softdrugs worden geproduceerd. Van bewerken is sprake wanneer bepaalde stoffen worden veranderd/aangepast.
Verkopen/afleveren/verstrekken
Van verkopen is sprake wanneer ten minste een deal wordt gesloten, zelfs al is er nog niet betaald. Ook bij ruilen kan sprake zijn van ‘verkopen’. Van verstrekken is sprake indien de softdrugs feitelijk ter beschikking worden gesteld aan een ander. Vaak is verstrekken niet/nauwelijks te onderscheiden van afleveren. Deze handelingen kunnen elkaar bovendien opvolgen of overlappen, waardoor deze tegelijk kunnen plaatsvinden.
[note]Hoge Raad 17 november 2009, ECLI:NL:HR:2009:BJ3565. [/note]
Vervoeren
Van vervoeren is sprake wanneer de softdrugs van de ene naar de andere locatie worden gebracht. Daaronder moeten veel verschillende handelingen worden verstaan, waaronder ook het gooien van de softdrugs naar de ontvanger.
Aanwezig hebben
Voor aanwezig hebben is voldoende dat de verdachte de goederen binnen zijn handbereik/machtssfeer heeft. Niet hoeft te worden bewezen dat de verdachte de eigenaar is van de softdrugs of dat hij hierover de beschikkingsmacht heeft. Zo kan de bestuurder van een auto softdrugs aanwezig hebben wanneer de passagier deze bij zich heeft. Toch moet wel steeds enige macht over de softdrugs worden bewezen. Het enkele verblijven in een woning waarvan je weet dat er drugs aanwezig zijn hoeft nog geen ‘aanwezig hebben’ op te leveren.
Overigens kan bij het gebruik van softdrugs niet worden bewezen dat de verdachte deze aanwezig heeft. Dat zou een te ruime uitleg van het begrip ‘aanwezig hebben’ opleveren.
Vervaardigen
Vaak is vervaardigen niet goed te onderscheiden van de handelingen strafbaar gesteld in artikel 3 onder B Opiumwet. Dat is in de praktijk echter ook niet erg, nu de strafbedreiging hetzelfde is. Onder vervaardigen moet worden verstaan het maken/samenstellen van softdrugs.
Tegenonderzoek
Nu altijd met een onderzoek moet worden vastgesteld of sprake is van een middel als bedoeld in lijst II van de Opiumwet, garandeert artikel 6 EVRM dat de verdachte recht heeft op een tegenonderzoek indien een onderzoek uitwijst dat sprake is van een stof vermeld in lijst II behorende bij de Opiumwet. In veel gevallen is dit echter niet mogelijk, bijvoorbeeld door vernietiging van de goederen. In een dergelijk geval kan een advocaat vaak met succes verweer voeren op het feit dat dit recht niet kan worden verwezenlijkt, al is dit wel afhankelijk van veel factoren. Meent u dat uw goederen ten onrechte positief zijn getest? Neem dan snel contact met ons op.
De strafbedreiging
De strafbedreiging bij overtreding van artikel 3 Opiumwet varieert sterk en is met name afhankelijk van de hoeveelheid softdrugs en de vraag of de verdachte opzettelijk handelde.
Overtredingen
Een overtreding is de lichtste vorm van een strafbaar feit. Overtreding van artikel 3 van de Opiumwet kan een strafrechtelijke overtreding opleveren wanneer sprake is van de gevallen genoemd in artikel 11 lid 1 Opiumwet. Van belang is dat de verdachte geen opzet had op het plegen van het delict, anders is sprake van een misdrijf. Indien de verdachte geen opzet had op het plegen van het delict en sprake is van een hoeveelheid van maximaal 30 gram hennep of hasj (artikel 11 lid 6 Opiumwet) of een geringe hoeveelheid voor eigen gebruik van een ander middel bedoeld in lijst II van de Opiumwet (artikel 11 lid 7 Opiumwet), geldt een maximumstraf van een maand hechtenis en/of geldboete van de tweede categorie. Eveneens kan de verbeurdverklaring van de middelen worden uitgesproken.
[note]2 O.a. Hoge Raad 17 november 2015, ECLI:NL:HR:2015:3328.[/note]
Misdrijven
In tegenstelling tot de overtredingen, geldt bij de misdrijven dat voor een bewezenverklaring vereist is dat de verdachte de feiten opzettelijk pleegde.
Opzettelijk in- en uitvoeren
Wanneer sprake is van opzettelijk in- of uitvoeren van softdrugs, geldt een maximumgevangenisstraf van vier jaar en/of een geldboete van de vijfde categorie (art. 11 lid 4 Opiumwet). Indien sprake is van een grote hoeveelheid softdrugs gelden hogere maximumstraffen, namelijk een gevangenisstraf van zes jaar en/of geldboete van de vijfde categorie (art. 11 lid 5 Opiumwet).
Opzettelijk telen, verwerken, bewerken, vervoeren, afleveren etc.
Indien de verdachte opzettelijk handelt in strijd met het onder B. genoemde verbod, geldt een maximumgevangenisstraf van twee jaar en/of geldboete van de vierde categorie (art. 11 lid 2 Opiumwet). Indien sprake is van een grote hoeveelheid softdrugs gelden hogere maximumstraffen, namelijk een gevangenisstraf van zes jaar en/of geldboete van de vijfde categorie (art. 11 lid 5 Opiumwet). Ook bij beroepsmatig handelen in strijd met dit verbod geldt een maximumgevangenisstraf van zes jaar en/of geldboete van de vijfde categorie.
Opzettelijk aanwezig hebben
Wanneer sprake is van het opzettelijk aanwezig hebben van softdrugs, geldt een maximumgevangenisstraf van twee jaar en/of een geldboete van de vierde categorie (art. 11 lid 2 Opiumwet). Indien sprake is van een grote hoeveelheid softdrugs gelden hogere maximumstraffen, namelijk een gevangenisstraf van zes jaar en/of geldboete van de vijfde categorie (art. 11 lid 5 Opiumwet).
Opzettelijk vervaardigen
Wanneer sprake is van opzettelijk vervaardigen van softdrugs, geldt een maximumgevangenisstraf van twee jaar en/of een geldboete van de vierde categorie (art. 11 lid 2 Opiumwet). Indien sprake is van een grote hoeveelheid softdrugs gelden hogere maximumstraffen, namelijk een gevangenisstraf van zes jaar en/of geldboete van de vijfde categorie (art. 11 lid 5 Opiumwet).
Voor alle hierboven genoemde feiten geldt dat bij een veroordeling eveneens de verbeurdverklaring van de goederen kan worden uitgesproken.
Verdere maatregelen
In de praktijk is te doen gebruikelijk dat de inbeslaggenomen softdrugs aan het verkeer zullen worden onttrokken, nu deze vanzelfsprekend verboden zijn. Ook kan wederrechtelijk verkregen voordeel aan de verdachte worden ontnomen.
De afdoening
Een overtreding van artikel 3 Opiumwet kan worden afgedaan middels een strafbeschikking. Deze
strafbeschikking kan op een OM-zitting aan de verdachte worden opgelegd, maar kan ook rechtstreeks
(als geldboete) per post aan de verdachte worden toegezonden. Verder kan een overtreding van artikel
3 Opiumwet afgedaan worden middels een zogenaamde OM-transactie. Toch zal dit zelden tot nooit
gebeuren. In de praktijk wordt er vaak voor gekozen de verdachte te dagvaarden om bij de
rechtbank te verschijnen.
Een advocaat
De gevolgen voor de verdachte zijn bij vervolging voor artikel 3 Opiumwet groot. Zo worden de goederen vaak onttrokken aan het verkeer, kan er een ontnemingsvordering komen en zijn ook overigens de straffen hoog. Vaak is er op veel punten goed verweer te voeren door een advocaat. Gelet hierop, is het van groot belang dat u zich laat bijstaan door een gespecialiseerde advocaat. U kunt ons altijd benaderen voor gespecialiseerde juridische bijstand!
Strafrechtadvocaat nodig?
Juist omdat verbod softdrugs (art. 3 Opiumwet) zo complex is en steeds aan de hand van de omstandigheden van het geval moet worden bepaald of sprake is van overtreding hiervan, is het van groot belang dat u zich laat bijstaan door een gespecialiseerde strafrechtadvocaat. Zeker gelet op de belangen die op het spel staan is het verstandig dat u zich vooraf goed laat informeren. Het is van belang om vooraf te weten wat u kunt verwachten en welke verweren namens u gevoerd kunnen worden. U kunt ons altijd benaderen voor gespecialiseerd juridisch advies.
Deskundige strafrechtadvocaat
Strafrechtzaken.nl is een initiatief van een netwerk van strafrechtadvocaten door heel Nederland. Uw zaak zal zo spoedig mogelijk na ontvangst van uw aanmelding worden doorverwezen naar een gespecialiseerde strafrechtadvocaat, welke zo spoedig mogelijk contact met u zal opnemen. U bent met strafrechtzaken.nl verzekerd van deskundige rechtsbijstand op het gebied van softdrugs. De strafrechtadvocaten die bij het netwerk zijn aangesloten hebben kennis en ervaring met verbod softdrugs (art. 3 Opiumwet). U ontvangt een eerlijk en deskundig advies. Samen met u zal de beste verdedigingsstrategie worden bepaald.
Voordelige strafrechtadvocaat
Advocaat van onvermogen / pro deo-advocaat (toevoeging)
Alle strafrechtadvocaten in ons netwerk zijn bereid u bij te staan op basis van een toevoeging. Dit houdt in dat sprake is van gesubsidieerde rechtsbijstand. Aan de hand van uw inkomen in het peiljaar (twee jaar geleden) wordt door de Raad voor Rechtsbijstand getoetst of u in aanmerking komt voor een toevoeging. Indien u in aanmerking komt voor een toevoeging betaalt u enkel een eenmalige eigen bijdrage aan de advocaatkosten. In veel gevallen bedraagt deze slechts €143,00 voor de gehele zaak! Lees hier meer over bijstand van een gespecialiseerde strafrechtadvocaat op basis van een toevoeging.
Helaas is het in sommige gevallen niet mogelijk om een toevoeging te krijgen. Dit zou kunnen betekenen dat u de kosten van rechtsbijstand zelf moet betalen. Bij strafrechtzaken.nl hanteren wij een voordeeltarief waar u bij alle aangesloten strafrechtadvocaten gebruik van kunt maken. Het betreft een extra voordelig honorarium speciaal voor bezoekers van strafrechtzaken.nl van €125,00 exclusief BTW. Dit voordeeltarief is uitsluitend geldig na doorverwijzing via strafrechtzaken.nl en is niet geldig in combinatie met andere prijsafspraken. Het is altijd verstandig om de zaak met een strafrechtadvocaat te bespreken. Indien de strafzaak wordt geseponeerd, u wordt vrijgesproken of ontslagen van alle rechtsvervolging, kunnen alle kosten van rechtsbijstand door de Staat worden vergoed. Uw strafrechtadvocaat kan u hierin adviseren en namens u een verzoekschrift indienen. Meer informatie hierover kunt u lezen op schadevergoeding strafzaak.