5/5
9.6 VAN 10 / 25 BEOORDELINGEN

Belediging strafrecht

Belediging is het opzettelijk een ander ander in zijn eer en goede naam aanranden. Dit kan het geval zijn als er gescholden wordt, maar ook indien er een gebaar wordt gemaakt dat als een belediging in het strafrecht beschouwd kan worden.

Delictsomschrijving artikel 266 Wetboek van Strafrecht

Belediging (artikel 266 lid 1 van het Wetboek van Strafrecht) luidt als volgt:

In het kort gaat het om het, op de wijzen zoals in dit artikel beschreven, beledigen van een persoon. Het gaat hier niet om smaad, smaadschrift of laster. Tussen deze strafbare feiten bestaan wezenlijke verschillen. Voor smaad, smaadschrift of laster kunt u zoeken in de bijbehorende pagina’s. Dat geldt ook voor belediging van een ambtenaar in functie (artikel 267 Sr).

Een toelichting

Artikel 266 Sr, zijnde belediging strafrecht, valt onder Titel XVI van het Wetboek van Strafrecht. Men spreekt in de volksmond al gauw van het ‘beledigd’ zijn. Echter is de drempel om van een strafbare belediging in de zin van artikel 266 Sr te kunnen spreken lang niet in alle gevallen haalbaar. Bij belediging strafrecht wordt een ander criterium gehanteerd. Een en ander komt in onderstaande tekst aan bod.

Klachtdelict

Vervolging voor belediging ten aanzien van een persoon is alleen mogelijk als de persoon die beweert beledigd te zijn een klacht indient. Als het feit dus enkel wordt geconstateerd maar daar verder niets mee wordt gedaan is vervolging voor belediging strafrecht uitgesloten. Dit is echter niet het geval bij belediging van het openbaar gezag, een openbaar lichaam, een openbare instelling of opsporingsambtenaar gedurende de rechtmatige uitoefening van zijn bediening. Bij belediging ambtenaar in functie kan ook een klacht worden gedaan door de desbetreffende ambtenaar. Ook is een klacht niet vereist bij belediging van de Koning, zijn echtgenote, zijn vermoedelijke troonopvolger of diens echtgenoot, de Regent, en het hoofd of een lid van de regering van een bevriende staat. In bepaalde gevallen bij belediging strafrecht is een klacht nodig om tot vervolging over te gaan.

Opzet

Een belangrijk vereiste voor een bewezenverklaring van artikel 266 Sr is het feit dat de persoon die verdacht wordt van belediging strafrecht ook opzet op zijn handelen heeft gehad. Meer specifiek moet het opzet zijn gericht op de aanranding van iemands eer of goede naam. Voorwaardelijk opzet is hier wederom de ondergrens. Kort gezegd moet een persoon zich bewust zijn geweest van het beledigende karakter van zijn belediging om te kunnen spreken van opzettelijke belediging strafrecht.

Voorwaarden belediging strafrecht

Vaste jurisprudentie op het gebied van belediging strafrecht laat zien dat in de rechtspraak een vaste afweging wordt gemaakt op basis van twee factoren:

1: Is de uiting op zichzelf beledigend dan wel geschikt om iemands waardigheid die hem in het maatschappelijk verkeer toekomt aan te randen?
2: Is de uiting, die mogelijk op zichzelf niet beledigend is, door de context waarin die uiting is gedaan wel beledigend?

Er wordt dus, gelet op vraag 2, een onderscheid gemaakt tussen uitingen die op zichzelf wel en niet beledigend zijn.

Uitingen die op zichzelf beledigend zijn:

Hierbij dient gedacht te worden aan scheldwoorden. Uit vaste rechtspraak hieromtrent volgt dat scheldwoorden op zichzelf een beledigend karakter met zich mee dragen. Dat geldt ook voor uitingen die de beledigde persoon bestempelen als iemand die lijdt aan een ernstige ziekte.

Alleen bijzondere omstandigheden waaronder deze uitingen zijn gedaan kunnen het beledigende karakter wegnemen. Denk hierbij niet aan bijvoorbeeld dronkenschap. Indien men op een feestje met vrienden onderling echter wat dolt, kan dit een dergelijke bijzondere omstandigheid opleveren. Of er in dat geval sprake is van een belediging strafrecht is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Een strafrechtadvocaat kan u over de belediging strafrecht advies geven.

Uitingen die op zichzelf niet beledigend zijn:
Denk hierbij aan woorden als ‘pannenkoek’ maar ook aan ‘Joden’ of ‘homo’. Uitingen die op zichzelf niet beledigend zijn kunnen wel een beledigend karakter krijgen waardoor strafvervolging op grond van artikel 266 Sr mogelijk is. Dit is afhankelijk van de context waarin de uiting is gedaan en of deze uiting onder die omstandigheden kan worden opgevat als een opzettelijke belediging.

Overige voorwaarden

Er is nog een aantal overige voorwaarden waaraan moet zijn voldaan voordat men kan spreken van belediging strafrecht ex artikel 266 Sr. Strafrecht belediging kan op verschillende manieren. Nadere toelichting komt vanaf nu aan bod.

In het openbaar

Een in het openbaar gedane uiting is een uiting die onder zodanige omstandigheden of op een zodanige wijze is gedaan dat deze uiting gehoord kan worden door andere mensen. Ook een uiting via sociale media geldt als een in het openbaar gedane uiting. De strafrecht belediging zal in dergelijke gevallen in het openbaar zijn gedaan.

In zijn tegenwoordigheid

Een uiting die ‘in zijn tegenwoordigheid’ is gedaan is niet gedaan ‘in het openbaar’ maar moet wel rechtstreeks gericht zijn tegen de persoon die zich beledigd voelt. Ook hierbij maakt het niet uit of deze persoon zich fysiek bevindt bij de persoon die de uiting doet. Ook een uiting via sociale media, rechtstreeks naar de beledigde persoon, valt onder dit kopje.

Toegezonden of aangeboden

Hierbij moet men denken aan het toezenden of aanbieden van een geschrift of afbeelding. Dit kan direct maar ook indirect aan de beledigde persoon zijn gericht.

Strafverzwarende omstandigheden

Een strafverzwarend karakter heeft een opzettelijke belediging van een ambtenaar gedurende de rechtmatige uitoefening van zijn bediening (artikel 267 sub 2 Sr). Hetgeen wordt ook belediging ambtenaar in functie genoemd. De maximaal op te leggen straf kan in dat geval op grond van artikel 267 Sr met een derde worden verhoogd. Dat geldt ook bij opzettelijke belediging van het openbaar gezag, een openbaar lichaam of een openbare instelling (artikel 267 sub 1 Sr) of opzettelijke belediging van het hoofd of een lid van de regering van een bevriende staat (artikel 267 sub 3 Sr).

De afdoening

Een overtreding van belediging strafrecht (artikel 266 wetboek van strafrecht) kan worden afgedaan middels een strafbeschikking. Deze strafbeschikking kan op een OM-zitting aan de verdachte worden opgelegd, maar kan ook rechtstreeks (als geldboete) per post aan de verdachte worden toegezonden. Het loont in dergelijke gevallen vaak om verzet in te stellen tegen de ontvangen strafbeschikking. Uw zaak wordt dan op zitting gebracht waarbij een onpartijdige en onafhankelijke rechter naar uw zaak kijkt. Lees hier meer over het doen van verzet. Let op: de termijn voor het instellen van verzet bedraagt 14 dagen!

Ook kunt u door het Openbaar Ministerie gedagvaard worden om op een zitting te verschijnen. Dan bekijkt een rechter of u zich schuldig heeft gemaakt aan overtreding van belediging strafrecht (artikel 266 wetboek van strafrecht). De rechter kan vervolgens verschillende straffen opleggen, zoals een gevangenisstraf, taakstraf en/of geldboete. Het is altijd raadzaam een gespecialiseerde advocaat in te schakelen voor belediging strafrecht. Een dergelijke gespecialiseerde advocaat verschaft deskundige rechtsbijstand. Dit is noodzakelijk in een strafrechtelijke procedure waarbij de belangen vaak groot zijn.

Strafrechtadvocaat belediging nodig?

Juist omdat belediging strafrecht (art. 266 Sr) zo complex is en steeds aan de hand van de omstandigheden van het geval moet worden bepaald of sprake is van overtreding hiervan, is het van groot belang dat u zich laat bijstaan door een gespecialiseerde strafrechtadvocaat. Zeker gelet op de belangen die op het spel staan is het verstandig dat u zich vooraf goed laat informeren. Het is van belang om vooraf te weten wat u kunt verwachten en welke verweren namens u gevoerd kunnen worden. U kunt ons altijd benaderen voor gespecialiseerd juridisch advies.

Deskundige strafrechtadvocaat

Strafrechtzaken.nl is een initiatief van een netwerk van strafrechtadvocaten door heel Nederland. Uw zaak zal zo spoedig mogelijk na ontvangst van uw aanmelding worden doorverwezen naar een gespecialiseerde strafrechtadvocaat, welke zo spoedig mogelijk contact met u zal opnemen. U bent met strafrechtzaken.nl verzekerd van deskundige rechtsbijstand op het gebied van belediging strafrecht. De strafrechtadvocaten die bij het netwerk zijn aangesloten hebben kennis en ervaring met belediging (art. 266 Sr). U ontvangt een eerlijk en deskundig advies. Samen met u zal de beste verdedigingsstrategie worden bepaald.

Voordelige strafrechtadvocaat

Advocaat van onvermogen / pro deo-advocaat (toevoeging)
Alle strafrechtadvocaten in ons netwerk zijn bereid u bij te staan op basis van een toevoeging. Dit houdt in dat sprake is van gesubsidieerde rechtsbijstand. Aan de hand van uw inkomen in het peiljaar (twee jaar geleden) wordt door de Raad voor Rechtsbijstand getoetst of u in aanmerking komt voor een toevoeging. Indien u in aanmerking komt voor een toevoeging betaalt u enkel een eenmalige eigen bijdrage aan de advocaatkosten. In veel gevallen bedraagt deze slechts €143,00 voor de gehele zaak!

Helaas is het in sommige gevallen niet mogelijk om een toevoeging te krijgen. Dit zou kunnen betekenen dat u de kosten van rechtsbijstand zelf moet betalen. Bij strafrechtzaken.nl hanteren wij een voordeeltarief waar u bij alle aangesloten strafrechtadvocaten gebruik van kunt maken. Het betreft een extra voordelig honorarium speciaal voor bezoekers van strafrechtzaken.nl van €125,00 exclusief BTW. Dit voordeeltarief is uitsluitend geldig na doorverwijzing via strafrechtzaken.nl en is niet geldig in combinatie met andere prijsafspraken. Het is altijd verstandig om de zaak met een strafrechtadvocaat te bespreken. Indien de strafzaak wordt geseponeerd, u wordt vrijgesproken of ontslagen van alle rechtsvervolging, kunnen alle kosten van rechtsbijstand door de Staat worden vergoed. Uw strafrechtadvocaat kan u hierin adviseren en namens u een verzoekschrift indienen. Meer informatie hierover kunt u lezen op schadevergoeding strafzaak.